Column Wolkenkrabbel: Happy Holidays
door Cora Dessing, KLM nieuwsbrief november
December en daarmee de feestdagen staan weer voor de deur. Ik zie deze maand altijd met gemengde gevoelens tegemoet. Enerzijds ben ik gek op kerst. Alles mooi verlicht, gezelligheid met vrienden en lekker eten. En ik hou van glitter en glamour, dus elke gelegenheid om mezelf of mijn omgeving compleet op te tuigen, grijp ik met beide handen aan. Thuis heb ik een internationale boom met decoraties uit alle windstreken. Als ik met kerst moet vliegen, gaat er een complete hutkoffer met opsmuk mee en probeer ik er een feestje van te maken.
De andere kant
Er zit voor mij ook een keerzijde aan de feestdagen. Ik heb namelijk geen familie. Ik ben enig kind, mijn ouders zijn beiden overleden en ik heb geen kinderen. Natuurlijk lopen er nog wel bloedverwanten op deze aardbol rond echter, op een verre achterneef na, heb ik daar geen contact mee. Het is wat het is en ik kan op zich prima met deze situatie leven, mede dankzij een stel fijne vrienden. Soms heb ik, met name in de decembermaand, wel eens melancholische momenten. Wanneer je de tv aanzet, word je overspoeld door reclames waarbij grote gezinnen aan een kerstdiner zitten, of eenzame oma verrast wordt door verloren gewaande familieleden. Ook hoor je overal om je heen mensen plannen maken voor het kerstdiner. Sommigen met veel enthousiasme en anderen met een zucht omdat ze geen zin hebben in twee dagen verplichting met de (schoon)familie. Misschien vreemd, ik kan dan soms verlangen naar zo’n verplichting.
Halleluja familieverhaal
Een paar jaar geleden had ik begin december een 9-daagse Singapore. Ik keek ernaar uit om de uitbundige feestverlichting op Orchard te gaan bekijken en al een beetje in de kerststemming te komen. In de briefingkamer werd al snel duidelijk dat we allemaal veel zin hadden in deze heerlijke reis. De SP opende de briefing. Ze heette ons welkom en ter kennismaking nodigde ze ons uit tot een voorstelronde waarbij iedereen iets over zichzelf mocht vertellen. Altijd leuk om het ijs te breken, want je hoort vaak leuke weetjes over je collega’s zoals hoelang ze vliegen, wat ze voor het vliegen gedaan hebben of wat ze misschien voor nevenactiviteiten hebben. “Ik zal zelf beginnen” zei de SP. “Ik woon in Amstelveen en heb een heeeeele leuke man en 2 geweldige kinderen. Oh ja, en ik heb ook nog een hele lieve hond. Ik ga niet zo vaak voor 9 dagen weg, dus ze gaan me enorm missen.” Het familiegeluk droop ervan af. Dat gun je natuurlijk iedereen!
Brok in mijn keel
Het effect van deze opening was dat elke collega zichzelf op deze wijze ging introduceren. Niks dienstjaren, hobby’s of nevenfuncties. Het ene halleluja familieverhaal na het andere volgde, met hoofdrollen voor geweldige partners, kroost en huisdieren. We vlogen met een 777-300 en dus een grote cabinebemanning. Ik zou als een van de laatsten mijn zegje mogen doen en ik voelde een behoorlijke brok in mijn keel opkomen. Mijn relatie was enkele maanden eerder op de klippen gelopen en als familieloze was ik blijkbaar een eenling in dit gezelschap. Ik kreeg even een korte flashback…
Het gat in de vloer
In de zomer van 1975 overleed mijn vader. Ik was nog maar een hummeltje van 8 jaar oud en door deze levenservaring gelijk ‘anders’ dan mijn leeftijdsgenootjes. Iets wat je helemaal niet wilt op die leeftijd. Na de zomervakantie kreeg onze klas een meester die nieuw was op school. Een leuke, knappe jonge vent met veel humor en een interactieve manier van lesgeven. Op een dag was het onderwerp van de les ‘beroepen’. Iedereen mocht vertellen wat voor werk zijn vader deed. (Werkende moeders waren er nog niet veel in die tijd, althans niet in het dorp waar ik woonde). Op deze leeftijd is voor de meeste kinderen hun vader een soort halfgod, dus mijn klasgenootjes staken massaal hun vinger op en verdrongen zich om te kunnen vertellen dat hun vader brandweerman, postbode of bankdirecteur was. Ondertussen probeerde ik mezelf zo klein mogelijk te maken en was naarstig op zoek naar het gat in de vloer waarin ik kon verdwijnen. Ik hoopte dat de meester mij zou overslaan of vergeten maar helaas… “En Cora, wat doet jouw vader?” De waterlanders waren niet meer te stoppen en de arme meester moet zich rot geschrokken zijn toen ik uitbarstte in een gigantische huilbui.
Verloren moeite
Een beetje van dit gevoel bekroop mij tijdens die bewuste briefing. Ik wilde niet anders zijn en vertellen dat er thuis geen geweldige partner op me wachtte en evenmin een kwispelende hond of ‘uit een prentenboek weggelopen kinderen’. Toen het mijn beurt was, stamelde ik wat over hoe lang ik vloog in deze functie blablabla en door. Ik was een beetje onthutst door de impact die zoiets kleins op mijn gemoedstoestand had en sprak er aan boord over met mijn maat, die heel lief en begripvol reageerde. Het heeft tot aan het einde van de reis geduurd voordat ik genoeg moed bij elkaar had geraapt om mijn gevoel over de briefing met de SP te delen. Ik nam haar niets kwalijk uiteraard, maar ik wilde haar meegeven dat een briefing op deze wijze voor sommige mensen ongemakkelijk kan zijn. Misschien kwam het doordat er inmiddels een week verstreken was, maar mijn boodschap kwam niet echt binnen merkte ik.
Verborgen verdriet
Ik schrijf hierover omdat ik zeker weet dat er andere collega’s zullen zijn die dit gevoel herkennen en het moeilijk vinden om dit kenbaar te maken. We zijn met meer dan 8000 collega’s en onder ons bevinden zich mensen die ongewenst kinderloos zijn, een partner of andere dierbare verloren hebben of dreigen te verliezen, ontspoorde kinderen hebben, thuis fysiek of geestelijk mishandeld worden, door hun familie verstoten zijn en ga zo maar door. In de jaren die ik vlieg, heb ik al deze voorbeelden gehoord, meestal in persoonlijke gesprekken. Al deze collega’s trekken hun blauwe pak aan en als ze gaan vliegen hebben ze een rol, een escape en misschien wel in het bijzonder in de decembermaand. Hun persoonlijke situatie parkeren ze en zullen ze al dan niet bespreken als de gelegenheid zich voordoet. Meestal is dat 1 op 1 of in een klein gezelschap. Niemand wil zich binnen een groep de zielige eenling voelen, noch wil je een schaduw werpen over het geluk van anderen.
Cora Dessing